Het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker test op alle hoog risico types humaan-papillomavirus (HPV). Maar wat als de uitslag positief blijkt te zijn? Een nieuw ontwikkelde test toont aan of deze vrouwen verder onderzoek moeten ondergaan. Dit voorkomt overbehandeling en een teveel aan colposcopieën en biopten.
Nicolas Wentzensen en zijn collega’s hebben recent aangetoond dat een dubbele kleuring van P16 én Ki-67 het aantal colposcopieën bij HPV-positieve vrouwen kan verlagen. Deze resultaten zijn gepubliceerd in de Journal of the American Medical Association (JAMA) Internal Medicine. De onderzoekers verzamelden gegevens van 3.225 HPV-positieve vrouwen bij wie een HPV-test en een papanicolaou cytologische test in combinatie met een gevalideerde dubbele kleuring is uitgevoerd.
Zowel de papanicolaou-test als de dubbele kleuring vertoonden vergelijkbare gevoeligheid bij de detectie van precancereuze letsels. Het risico op cervicale intra-epitheliale neoplasie graad 3 of hoger (CIN3+) kon echter significant secuurder vastgesteld worden bij gebruik van de dubbele kleuring. In vergelijking tot de papanicolaou-test, resulteerde een positieve dubbele kleuring in een hoger risico CIN3+ bij HPV-positieve vrouwen met een partiële genotypering (218 van de 1818 [12.0%; 95% CI, 10.5%-13.5%] tegenover 219 van de 2.128 [10,3%; 95% CI, 9,0%-11,6%]; p=0,005). Bovendien kon het risico beter worden gestratificeerd, ongeacht de genotypering. Een negatieve dubbele kleuring duidde op een laag risico op CIN3+.
Vanwege het feit dat de afwezigheid van CIN3+ met hogere zekerheid vastgesteld kan worden bij gebruik van een dubbele kleuring, kunnen de tussenpozen tussen screenings verlengd worden tot 3 jaar. Bovendien waren er minder colposcopieën nodig om een enkel CIN3+ geval te detecteren bij gebruik van de dubbele kleuring in vergelijking tot de papanicolaou-test. De dubbele kleuring resulteert in een colposcopie-afname van 32,1% (859 van de 2.677) ten opzicht van de huidige papanicolaou-testen.