Samenvatting
Ongeveer 15% van alle patiënten met endometriumcarcinoom heeft een slechtere prognose met hoger risico op afstandsmetastasen; dergelijke ‘hoogrisico’-endometriumcarcinomen (EC) vormen een heterogene groep tumoren. Hoogrisico-EC omvat zowel vroegstadium endometrioïd EC met ongunstige prognostische kenmerken, non-endometrioïde tumoren zoals sereus en ‘clear cell’-carcinoom, als hogere stadia. Voor hoogrisico-EC zijn er controverses in de adjuvante behandeling door gebrek aan hard bewijs voor effectiviteit. Uit gerandomiseerde studies lijkt de combinatie van radiotherapie en chemotherapie het meest effectief voor verbetering van de progressievrije overleving; bewijs voor algehele overlevingswinst ontbreekt. Met name voor sereus carcinoom wordt vaak chemotherapie toegepast wegens de neiging tot snelle verspreiding. Toch kan deze tumor gelokaliseerde recidieven geven waarvoor radiotherapie een effectieve behandeling is. In de recentelijk gesloten PORTEC-3- en GOG-258-studies voor hoogrisico-EC worden de effectiviteit en overlevingswinst van gecombineerde radiotherapie en chemotherapie vergeleken met respectievelijk radiotherapie en chemotherapie alleen; de resultaten van deze studies zullen meer zekerheid geven over de beste adjuvante therapie. Daarnaast zullen nieuwe, moleculairgenetische kenmerken in de nabije toekomst een betere individuele voorspelling van de prognose en van de effectiviteit van adjuvante therapie geven.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:302–8)