De behandeling van patiënten met gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (‘non-small cell lung carcinoma’, NSCLC) met een EGFR-mutatie is continu in ontwikkeling. Op dit moment bestaat de standaardeerstelijnsbehandeling van deze patiënten uit monotherapie met osimertinib, een proteïnekinaseremmer (‘tyrosine kinase inhibitor’, TKI) van de derde generatie die sensibiliserende mutaties en de TKI-resistente mutatie T790M in EGFR remt.1–3 Deze aanbeveling is gebaseerd op de resultaten van de fase III-studie FLAURA.4,5 Onlangs zijn de werkzaamheid en veiligheid van combinatietherapie met osimertinib vergeleken met die van monotherapie met osimertinib in twee nieuwe fase III-studies: FLAURA2 en MARIPOSA.