therapie actueel

Rationele combinaties van doelgerichte Therapieën

NTVO - 2013, nummer 1, february 2013

drs. F.H. Groenendijk , prof. dr. R. Bernards

Samenvatting

De behandeling van kanker verandert langzaam maar zeker van een orgaan- of weefselgebaseerde behandelwijze naar het gebruik van doelgerichte therapie die is gebaseerd op de oncogene processen die zijn ontspoord bij de individuele patiënt (therapie op maat). Deze doelgerichte geneesmiddelen hebben vaak belangrijke, maar kortdurende, effecten. In dit artikel geven wij een vooruitblik op het gebruik van rationele combinaties van deze doelgerichte middelen, waardoor de overleving van kanker aanzienlijk zou moeten kunnen verbeteren.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:25–31)

Lees verder

Denosumab bij botmetastasen van mammacarcinoom

NTVO - 2012, nummer 8, december 2012

dr. H. Sleeboom

Samenvatting

Botcomplicaties (‘skeletal-related events’; SRE’s) ten gevolge van botmetastasen dragen bij tot een substantiële afname van de kwaliteit van leven bij patiënten met gemetastaseerd mammacarcinoom. Bij patiënten met botmetastasen hebben bisfosfonaten, zoals intraveneus zoledroninezuur en denosumab, een volledig human monoklonaal antilichaam tegen RANK-ligand, aangetoond SRE’s te kunnen uitstellen of zelfs te voorkomen. In 3 studies, 1 bij patiënten met gemetastaseerd mammacarcinoom, was denosumab superieur in het uitstellen of voorkomen van SRE’s bij patiënten met botmetastasen van een solide tumor, in vergelijking met zoledroninezuur. Farmaco-economische studies moeten uitwijzen welke behandeling te verkiezen is om de totale kosten van de behandeling van patiënten met botmetastasen te verminderen.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:362–7)

Lees verder

Sneldiagnostiek voor gastrointestinale oncologie: waarom, hoe en wat?

NTVO - 2012, nummer 7, november 2012

dr. K.M.A.J. Tytgat , dr. S. Molenaar , H.H.M. Greuter MSc, S.N. Heukels , prof. dr. P. Fockens , prof. dr. D.J. Gouma , prof. dr. J.H.G. Klinkenbijl

Samenvatting

De patiëntengroep met gastro-intestinale maligniteiten in Nederland is groeiend. Daarnaast is er een eis tot betere en snellere diagnostiek bij oncologische patiënten. Met een multidisciplinaire polikliniek kan hieraan worden voldaan. Het Gastro Intestinaal Oncologisch Centrum Amsterdam is een multidisciplinaire sneldiagnostiekpolikliniek in het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam, bestemd voor patiënten met maligniteiten in de tractus digestivus. In dit artikel wordt beschreven waarom en hoe deze polikliniek is opgezet en wordt de vraag beantwoord of het tot snellere en betere patiëntenzorg leidt.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:319–22)

Lees verder

Regionaal zorgpad leidt tot verbeteringen in de zorg voor patiënten met rectumcarcinoom

NTVO - 2012, nummer 7, november 2012

drs. J.C. van Hoeve , dr. M.A.G. Elferink , prof. dr. J.M. Klaase , dr. E.H. Eddes , drs. D.P. Woutersen , dr. C.C.M. Holtkamp

Samenvatting

Dit artikel beschrijft de ontwikkeling en implementatie van een zorgpad voor patiënten met rectumcarcinoom in de regio’s Twente/Oost-Achterhoek en Stedendriehoek. Het doel van het zorgpad is het uniformeren van de diagnostiek en behandeling van de zorg om kwalitatief hoogwaardige zorg met gelijke toegang voor alle patiënten te realiseren. Op basis van een voor- en nameting is een analyse verricht. De resultaten laten zien dat er op een aantal punten verbetering is bereikt. De grootste verandering is dat door de implementatie van het zorgpad het aantal patiënten dat wordt besproken in het multidisciplinair overleg is toegenomen. Daarnaast is er een aantal kwalitatieve resultaten ten aanzien van de organisatie van de zorg voor patiënten met een rectumcarcinoom bereikt, namelijk een verduidelijking van taken en bevoegdheden, het formuleren van gezamenlijke doelstellingen en de mogelijkheden voor benchmarking.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:311–8)

Lees verder

Een hartsparende bestralingstechniek bij vrouwen met linkszijdige borstkanker: de resultaten van 4 jaar ervaring in Radiotherapiecentrum West

NTVO - 2012, nummer 6, september 2012

dr. M.E. Mast , J.N. van der Klein , S. van Geen , M. Jacobs , J. van Wingerden , dr. A.L. Petoukhova , prof. dr. H. Struikmans

Samenvatting

Uit de literatuur blijkt dat met het verbeteren van de overleving van borstkankerpatiënten ook het risico op hartziekten is verhoogd door de verschillende behandelmodaliteiten en dat ook met de nieuwe bestralingstechnieken het hart en de hartvaten nog steeds een hoge dosis ontvangen.

Het toepassen van een ademhalingsgecontroleerde bestraling bij linkszijdige borstkanker is van belang om de afstand tot het hart en de hartvaten te vergroten en daarmee de dosis in beide te verlagen. De ademhalingsgecontroleerde bestraling is eenvoudig toe te passen in de dagelijkse praktijk. In Radiotherapiecentrum West (RCWEST) wordt gebruik gemaakt van ‘Active Breathing Control’, de zogenoemde ABC-methode. De tijd om de patiënt voor te bereiden op de bestraling is met de ABC-methode eenmalig met een uur toegenomen. De tijd op het bestralingstoestel is echter niet veranderd ten opzichte van een nietademhalingsgecontroleerde bestraling. De ademhalingsgecontroleerde bestraling is goed uitvoerbaar in de dagelijkse kliniek; van de patiënten met een klinisch T1–2, N0–2, M0 linkszijdige borstkanker, waarbij de ABC-methode is uitgevoerd, kan 99% deze volhouden. Totdat duidelijk wordt welke drempeldosis zou moeten worden gehanteerd om de kans op hartschade te verkleinen, wordt in RCWEST de ademhalingsgecontroleerde methode bij alle patiënten met linkszijdige borstkanker aangeboden en is elke reductie in hartdosis van belang.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:270–6)

Lees verder

Nieuwe diagnostische middelen en behandeltechnieken voor het nasofarynxcarcinoom

NTVO - 2012, nummer 6, september 2012

dr. S.D. Stoker , dr. A.E. Greijer , dr. M.A.M. Wildeman , drs. Z. Novalic , dr. J.P. de Boer , dr. A.D.R. Huitema , drs. R. Fles , dr. M.B. Karakullukcu , prof. dr. J.M. Middeldorp , prof. dr. I.B. Tan

Samenvatting

Het nasofarynxcarcinoom (NPC) is een weinig voorkomende tumor in westerse landen, maar in verschillende gebieden, waaronder Indonesië, is het de meest voorkomende tumor van het hoofd-halsgebied. Het epstein-barrvirus (EBV) heeft een etiologische relatie met het NPC en is aantoonbaar in het WHO-type III NPC, het meest voorkomende WHO-type van het NPC in zowel endemische als nietendemische gebieden. In dit artikel worden nieuwe diagnostische methoden beschreven die gericht zijn op specifieke EBV-markers in het NPC en zal de cytolytische virusactivatietherapie, die het EBV gebruikt als doelwit bij uitbehandeld of gemetastaseerd NPC, worden beschreven. Tevens wordt fotodynamische therapie belicht als een goede alternatieve behandelmethode voor lokale recidieven of residuen van het NPC.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:262–8)

Lees verder

Trabectedine voor wekedelensarcomen

NTVO - 2012, nummer 5, august 2012

drs. M.C. Verboom , prof. dr. A.J. Gelderblom

Samenvatting

Trabectedine is een nieuw chemotherapeuticum voor de behandeling van het wekedelensarcoom. Doxorubicine en ifosfamide zijn al decennia lang de gebruikte chemotherapeutica voor de meeste subtypen. Trabectedine is inmiddels als weesgeneesmiddel in een aantal centra in Nederland beschikbaar voor het leiomyosarcoom en myxoïde liposarcoom na eerdere behandeling met standaardchemotherapie. Aangezien effectief bij andere subtypen, zoals het synoviosarcoom, kunnen deze patiënten in het kader van het lopende doelmatigheidsonderzoek met trabectedine worden behandeld. De meest voorkomende bijwerkingen zijn vermoeidheid, leverfunctiestoornissen en beenmergsuppressie en in zeldzame gevallen rabdomyolyse. Een groot deel van de ernstige toxiciteit kan worden voorkomen door voorbehandeling met 20 mg dexamethason. De behandeling met trabectedine dient in ervaren handen te gebeuren, mede door noodzakelijke dosisaanpassingen op basis van consequent en uitgebreid bloedonderzoek tussen de kuren door. In dit overzichtsartikel worden de resultaten van een aantal fase II-onderzoeken besproken, evenals de studies die nu gaande zijn.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:216–23)

Lees verder