Wat is vaginakanker?
Wanneer cellen in de vagina (schede) zich ongeremd en ongecontroleerd gaan delen, is er sprake van vaginakanker of vaginacarcinoom. Dit type kanker komt niet vaak voor en zaait meestal pas in een vergevorderd stadium uit.
De vagina is het kanaal dat loopt van de baarmoederhals naar de buitenkant van het lichaam. Omdat tijdens de geboorte het kind via dit kanaal naar buiten komt, wordt het ook wel het geboortekanaal genoemd.
Er zijn twee soorten vaginakanker te onderscheiden:
De overige 5% van de patiënten heeft zeer zeldzame vormen van vaginakanker, waaronder het sarcoma bothryoides en het maligne melanoom. Deze aandoeningen worden niet verder besproken.
In veel gevallen is tumorgroei in de vagina het gevoel van uitzaaiingen van een ander soort kanker. Dit is dan meestal kanker in andere gynaecologische organen of in de urinewegen. Er is dan geen sprake van vaginacarcinoom, maar uitzaaiingen in de vagina.
Jaarlijks krijgen ongeveer 50 Nederlandse vrouwen de diagnose vaginakanker. Dit is ongeveer 2 procent van alle tumoren in de vrouwelijke voorplantingsorganen. Dit type kanker komt bij volwassen vrouwen voor, en de meeste vrouwen zijn tussen de 40 en 70. De overleving van vrouwen met deze vorm van kanker is de afgelopen jaren met ongeveer 10 procent gestegen. Bij patiënten met een stadium I tumor is de 5-jaarsoverleving 74 procent. Dit daalt naar 19 procent voor vrouwen met een stadium IV tumor.
Vrouwen met een tumor in de vagina ontwikkelen meestal pas in een laat stadium symptomen. Zij kunnen onder andere last hebben van:
In de meeste gevallen van vaginakanker is geen directe oorzaak aan te wijzen voor het ontstaan van de tumor. Er is wel een aantal factoren bekend die het risico op een tumor in de vagina kunnen vergroten. Deze factoren zijn:
Omdat DES-dochters een groter risico hebben op verschillende afwijkingen aan de geslachtsorganen, waaronder vaginakanker, worden zij regelmatig uitgenodigd voor een controle. De frequentie van deze afspraken is afhankelijk van het feit of er afwijkingen tijdens deze controles worden gevonden.
Als een arts vaginakanker vermoedt zal hij de patiënt eerst lichamelijk onderzoek verrichten. Bij aanwijzingen vinden voor vaginakanker zal hij de patiënt doorverwijzen naar een specialist op het gebied van kanker en vrouwelijke voorplantingsorganen, een gynaecologisch oncoloog. Die zal verdere onderzoeken uitvoeren om de vermoedens te kunnen bevestigen. Dit zullen in eerste instantie een uitstrijkje en een biopsie zijn. Bij een biopsie wordt er een kleine hoeveelheid afwijkend weefsel weggenomen voor verder onderzoek.
Mocht blijken dat er sprake is van vaginacarcinoom, volgen er meerdere onderzoeken om de bepalen hoe ver de kanker is ontwikkeld. Hierbij kan worden bepaald hoe groot de tumor is, en of er uitzaaiingen zijn. Ook wordt de tumor is een stadium ingedeeld. Hiervoor kunnen een CT-scan, bloedonderzoek, longfoto, MRI-scan, PET- scan worden uitgevoerd.
De tumor kan aan de hand van deze onderzoek in een van de onderstaande stadia worden ingedeeld:
Ook is de differentiatiegraad van de tumor van belang door de behandeling en prognose. Deze kan worden bepaald door middel van een biopt van de tumor. De differentiatiegraad zegt iets over in hoeverre de kankercellen nog op normale cellen lijken.
Wanneer alle onderzoeken zijn afgerond en alle kenmerken van de tumor zijn vastgesteld, stelt een team van specialisten een behandelplan op. In het geval van vaginakanker zijn een operatie en bestralingen mogelijk, of een combinatie van deze twee behandelingen.
Chemotherapie behoort niet tot de standaardopties voor de behandeling van vaginakanker, maar wanneer er sprake is van terugkeer van de ziekte kan chemotherapie een mogelijke behandelmethode zijn.
Als blijkt dat de kanker is uitgezaaid, is er meestal alleen nog een palliatieve behandeling mogelijk.