Kanker ontstaat door mutaties in het DNA van lichaamscellen. Bepaalde eiwitten die als groeifactor in lichaamscellen functioneren, kunnen bij het ontstaan van kanker hyperactief worden. Daardoor kan er abnormale groei van kankercellen ontstaan. Maar door deze groeifactoren te remmen kunnen de kankercellen worden uitgeschakeld. Kankercellen kunnen echter resistent worden tegen remming van celdeling, waardoor geneesmiddelen niet meer werken. Promovenda Sanne Huijberts, die werkzaam is aan het Nederlands Kanker Instituut (NKI), onderzocht combinatietherapieën om resistentie en kankergroei tegelijk tegen te gaan.
Darmkanker staat in de top 3 meest voorkomende kankersoorten in Nederland. Darmkanker wordt onderverdeeld in dikkedarmkanker (coloncarcinoom) en endeldarmkanker (rectumcarcinoom). Het aantal mensen dat jaarlijks de diagnose darmkanker krijgt, is in de afgelopen 20 jaar sterk toegenomen. Zo blijkt uit data van IKNL dat het aantal nieuwe diagnoses van coloncarcinoom tussen 1989 en 2018 meer dan verdubbeld is, van 4600 naar 9800. Het aantal nieuwe diagnoses van rectumcarcinoom nam eveneens toe, van 2600 naar 4400 gevallen. Volgens het IKNL is ongeveer 37% van de patiënten met diagnose darmkanker 75 jaar of ouder. De ziekte komt op jonge leeftijd zelden voor en daarbij gaat het voornamelijk om een erfelijke vorm.
Bepaalde eiwitten die als groeisignalen dienen, zoals het BRAF-eiwit, worden geassocieerd met slechte overlevingskansen bij de behandeling tegen darmkanker. Darmkankercellen bleken niet voldoende geremd te worden door BRAF alleen te remmen. Uit onderzoek bleek dat deze BRAF-eiwitten een andere weg namen om alsnog voor de groei van kankercellen te zorgen. Sanne Huijberts onderzocht samen met het onderzoeksteam van Antoni van Leeuwenhoek of combinaties van geneesmiddelen, die groeisignalen op verschillende manieren remmen, een versterkt antikankereffect hebben. Bij de combinatietherapie werd een aantal geneesmiddelen afgewisseld of in combinatie toegediend om groeisignalen, die betrokken zijn bij celgroei, via verschillende wegen te remmen. BRAF-remmer encorafenib en EGFR-remmer cetuximab werden samen toegediend, waarbij het ook mogelijk was om MEK-remmer binimetinib toe te voegen.
600 patiënten werden onderzocht met verschillende combinatiebehandelingen, en die werden vergeleken met patiënten die de standaardbehandeling kregen. De patienten die de combinatiebehandeling kregen hadden een ongeveer 4 maanden langere overleving dan patiënten die de standaardbehandeling kregen. Ook groeide de darmkanker bij patiënten met de combinatietherapie langzamer dan bij de standaardbehandeling. Het kan echter wel zo zijn dat kankercellen in de darmen op den duur toch weer resistent worden. Zo meldt oncoloog Neeltje Steeghs van het Antoni van Leeuwenhoek: “Dit is een unieke combinatie van medicijnen voor patiënten met een tumor die tot op heden op geen enkel medicijn goed reageerde. Ook voor deze behandelcombinatie worden tumoren uiteindelijk weer ongevoelig, maar het geeft patiënten wel een aantal extra maanden de tijd.”
De onderzochte combinatiebehandeling van Sanne Huijberts en het onderzoeksteam van het Nederlands Kanker Instituut bleek uiteindelijk effectief te zijn en een gunstig bijwerkingenprofiel te vertonen. In Europa en de VS is de combinatie van deze drie geneesmiddelen daarom goedgekeurd als behandeling voor patiënten met darmkanker. In de toekomst is het mogelijk om gebruik te maken van deze combinatiebehandeling, afhankelijk van het patiëntenprofiel.
Bronnen
Lees het persbericht van Antoni van Leeuwenhoek over het promotieonderzoek van Sanne Huijberts.