Begin juli wordt het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker hervat, en daarmee komt vooralsnog een einde aan de opschortingen van de bevolkingsonderzoeken tegen kanker als gevolg van de coronacrisis. In mei werd het bevolkingsonderzoek darmkanker al opgestart, gevolgd door het bevolkingsonderzoek borstkanker in juni.
De bevolkingsonderzoeken werden medio maart allemaal stopgezet vanwege de pandemie, teneinde alle medische aandacht op de coronacrisis te richten. Het tijdelijk stilzetten hield in dat er vanaf 16 maart geen nieuwe uitnodigingen meer werden verstuurd voor de bevolkingsonderzoeken naar borstkanker, darmkanker en baarmoederhalskanker. Mensen die al een uitnodiging hadden ontvangen werd gevraagd om te wachten met deelname.
De vrees, dat uitgestelde diagnoses –en dus uitgestelde behandelingen- uiteindelijk tot meer doden zullen leiden lijkt bevestigd te worden door een onderzoek dat door het in borstkanker gespecialiseerde Alexander Monro Ziekenhuis in Bilthoven werd uitgevoerd. Dat ziekenhuis becijfert op basis van cijfers en ramingen van het RIVM dat er op termijn 500 vrouwen aan borstkanker zullen overlijden die niet op tijd naar een ziekenhuis doorverwezen zijn.
In de drie maanden dat het bevolkingsonderzoek borstkanker stillag, zijn 250.000 vrouwen niet gecontroleerd. Normaliter zouden er ruim 5.500 naar een ziekenhuis doorverwezen zijn, dat is nu niet gebeurd. Het RIVM schat zelf in dat dat het bevolkingsonderzoek naar borstkanker jaarlijks 800 tot 1000 sterfgevallen voorkomt. Jaarlijks overlijden in Nederland ongeveer 3.000 vrouwen aan borstkanker.
Het RIVM doet nog geen concrete uitspraken over de gevolgen van het tijdelijk stilleggen van de bevolkingsonderzoeken maar wil aan het eind van dit jaar een evaluatie uitvoeren.
Meer informatie
Op de website van het RIVM is meer te lezen over het herstarten van de bevolkingsonderzoeken.