Articles

Een korte, praktische vragenlijst voor borstkankerpatiënten in de klinische praktijk: een aanpassing van de NABON MiniPROM

NTVO - jaargang 21, nummer 4, september 2024

dr. B.H. de Rooij , dr. K.M. de Ligt , dr. J. Verloop , dr. N.P.M. Ezendam , dr. A. Honkoop , prof. dr. L. Boersma , drs. M. Schlooz-Vries , prof. dr. S. Siesling , dr. M. Bessems , dr. E. Zeestraten

SAMENVATTING

Terugkoppeling van PROM’s in de spreekkamer is belangrijk voor doelmatige behandeling. Helaas zijn de door de ‘NABON Breast Cancer Audit’ (NBCA) voorgestelde PROM-vragenlijsten slecht geïmplementeerd. Het programma ‘Uitkomstgerichte zorg’ vroeg om een wetenschappelijke onderbouwing van de, door middel van een verkorte Delphi-methode in 2019 ontwikkelde, MiniPROM. De NABON-Commissie PROM’s heeft zich ingespannen deze onderbouwing te bieden door middel van een vergelijking tussen de vragen van de MiniPROM en de volledige EORTC QLQ-C30 en QLQ-BR23 bij 581 patiënten met niet-uitgezaaide borstkanker. Het resultaat is een aangepaste MiniPROM met 28 vragen, die alle domeinen meeneemt. Zowel de uitgebreide NBCA-PROM als de aangepaste MiniPROM zijn geschikte meetmethoden om klachten in kaart te brengen, te bespreken in de spreekkamer en op groepsniveau te vergelijken. De NABON adviseert dat ziekenhuizen vrij mogen kiezen voor één van deze meetinstrumenten, waarbij het streven is om het instrument te kiezen dat de hoogst mogelijke respons geeft.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2024;21:45–50)

Lees verder

Langetermijngevolgen van blootstelling aan DES in utero

NTVO - 2013, nummer 7, november 2013

dr. J. Verloop

Samenvatting

Op 20 maart 2013 promoveerde mw. ir. J. Verloop aan de Vrije Universiteit Amsterdam op het proefschrift ‘Langetermijngevolgen van blootstelling aan diethylstilbestrol (DES) in utero’. Het onderzoek werd verricht in het Antoni van Leeuwenhoek onder begeleiding van de promotoren prof. dr. F.E. van Leeuwen, prof. dr. Th.J.M. Helmerhorst en copromotor dr. M.A. Rookus. Het proefschrift beschrijft de langetermijngevolgen van blootstelling aan DES op de tweede generatie (DESdochters) en de derde generatie (DES-kleinkinderen) in de Nederlandse populatie. Het risico op ‘clear-cell’-adenocarcinoom blijkt nog steeds verhoogd te zijn op oudere leeftijd. Ook het risico op melanoom is verhoogd, maar is beperkt tot de jonge leeftijdsfase (<40 jaar). Screening lijkt niet effectief in het voorkomen van invasieve cervix/vaginatumoren, maar mogelijk wel in de detectie van een vroeger stadium. Gezien de resultaten lijkt het verstandig om DES-dochters onder controle te houden.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:297–9)

Lees verder