Articles

Hartschade als een laat effect van de behandeling van kinderkanker

NTVO - 2020, nummer 3, may 2020

drs. E.C. de Baat , drs. J.M. Leerink , drs. R. Merkx , dr. E.A.M. Feijen , H.J.H. van der Pal , prof. dr. L. Kapusta , dr. J. Loonen , dr. W.E.M. Kok , prof. dr. L.C.M. Kremer , dr. A.M.C. Mavinkurve-Groothuis

SAMENVATTING

De overleving van kinderkanker is in de afgelopen jaren duidelijk toegenomen. Als gevolg van de kankerbehandeling kunnen echter late effecten optreden, zoals hartfalen, vroegtijdig kransslagaderlijden en klepafwijkingen, wat gepaard gaat met verhoogde morbiditeit en mortaliteit. Belangrijke risicofactoren voor de ontwikkeling van hartfalen zijn de cumulatieve doseringen van anthracyclines en van radiotherapie. Om morbiditeit te voorkomen en hartfalen tijdig te ontdekken of zelfs te voorkomen, worden ‘survivors’ van kinderkanker met een verhoogd risico regelmatig (afhankelijk van de dosis elke 2,5-5 jaar) onderzocht met echocardiografie en bij het eerste bezoek eenmalig met een elektrocardiografie. Daarnaast is aandacht voor preventie van cardiovasculaire ziekte met leefstijlfactoren van groot belang. Of de conventionele parameters van echocardiografie voldoende geschikt zijn voor het detecteren van hartschade in een vroeg (asymptomatisch) stadium, of dat gevoeligere echoparameters zoals ‘strain’-metingen beter geschikt zijn, is onderwerp van huidig onderzoek. Facetten die in de toekomst mogelijk een verschil kunnen maken, zijn risicostratificatie op basis van genetica, nieuwe bloedbiomarkers en geavanceerde beeldvorming.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2020;17:94–9)

Lees verder