SAMENVATTING

Waar chirurgie van oudsher de hoeksteen van de behandeling van resectabel stadium III-melanoom vormde, krijgt immuuntherapie een steeds belangrijkere rol in deze setting. Ondanks een verbetering van de recidiefvrije overleving met adjuvant gebruik van nivolumab of pembrolizumab (beide PD-1-remmers), ondervindt een substantieel deel van de patiënten echter een recidief in de eerste jaren na de operatie. Sinds februari 2024 wordt in Nederland ook neoadjuvant pembrolizumab gevolgd door een operatie en adjuvant pembrolizumab vergoed naar aanleiding van de SWOG S1801-studie die een verbetering van de gebeurtenisvrije overleving liet zien met deze behandeling ten opzichte van enkel de adjuvante toediening. De NADINA-studie is de eerste fase III-studie die de neoadjuvante aanpak bij macroscopisch, resectabel stadium III-melanoom heeft getest. Deze studie heeft aangetoond dat neoadjuvante immuuntherapie met twee kuren ipilimumab plus nivolumab gevolgd door therapeutische lymfeklierdissectie en een respons-gedreven adjuvant traject resulteert in een significant langere gebeurtenisvrije overleving dan dezelfde operatie gevolgd door 12 kuren adjuvant nivolumab (83,7% versus 57,2%; p<0,0001; HR 0,32). Door op basis van de pathologische respons te beoordelen of patiënten vervolgens wel of geen adjuvante therapie nodig hebben, lijkt het mogelijk om adjuvante behandeling voor ongeveer 60% van de patiënten weg te laten, wat het gehele behandeltraject tot slechts 6–7 weken verkort, met alsnog excellente langetermijnuitkomsten. Naar verwachting zal neoadjuvante behandeling dus op zeer korte termijn beschouwd gaan worden als de nieuwe standaardbehandeling voor resectabel stadium III-melanoom.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2024;21:179–84)