Alvleesklierkanker is na glioblastoom de dodelijkste vorm van kanker, en doorgaans moeilijk te behandelen omdat deze kanker erg resistent is tegen chemotherapie en ook immuuntherapie. Maar een ontdekking door wetenschappers van LUMC in Leiden kan wellicht de deur openen naar nieuwe behandelingen. Het blijkt dat een bepaald soort eiwitten een sleutelrol speelt in de tumorimmunologie: de SUMO-proteïnen.
SUMO is een acroniem voor Small Ubiquitin-like Modifiers, en deze eiwitten vormen bron van onderzoek door celbioloog prof. Alfred Vertegaal, postdoctoraal medewerker Sumit Kumar en collega’s. Vaktijdschrift Gut publiceerde de bevindingen van hun onderzoek onlangs.
SUMO’s zijn kleine proteïnen die gekoppeld zijn aan duizenden andere proteïnen in de kern van een cel. Ze spelen een rol in het draaiende te houden van allerlei processen in de celkern, zoals de celdeling. Eerder onderzoek had al aangetoond dat het uitschakelen van SUMO’s de celdeling afremt. Dat kan mogelijk de basis voor nieuwe behandelstrategieën zijn.
In een succesvolle preklinische studie met muismodellen hebben onderzoekers van vijf verschillende afdelingen van het LUMC (Cel en Chemische Biologie, Medische Oncologie, Maag-, Darm- en Leverziekten, Pathologie en Immunologie) een nieuwe SUMO-remmer getest tegen alvleesklierkanker. Het bleek tot verrassing van de onderzoekers dat de SUMO-remmer TAK-981 het immuunsysteem activeert om de tumor aan te vallen.
In experimenten met muizen met alvleesklierkanker werd vastgesteld dat de tumorgroei werd geremd, zonder noemenswaardige toxische bijwerkingen. TAK-981 bleek ook de CD8 T-cellen en natural killer (NK) cellen te activeren, onderdeel van het afweersysteem. Ook de interferonreactie werd geactiveerd in lymfocyten, waaronder T-, B- en NK-cellen.
Het gaat nog om laboratoriumonderzoek met gekweekte cellen en met muizen. Het is nog lang niet zo ver dat mensen met alvleesklierkanker nu al behandeld kunnen worden met SUMO-remmers, waarschuwt Vertegaal. Er zal eerst veel meer onderzoek, waaronder ook klinische studies met menselijke patiënten, gedaan worden voordat er daadwerkelijk een nieuwe therapie beschikbaar is.
Referentie