Kankerpatiënten zouden best wel eens baat kunnen hebben bij de leefstijl van een astronaut. Chemotherapie, immuuntherapie en dergelijke zorgen voor een aanzienlijke fysieke en psychische belasting bij mensen met kanker. Maar de fitness-oefeningen die NASA voorschrijft aan astronauten voor, tijdens en na een ruimtemissie hebben mogelijkerwijs een gunstige uitwerking op de langetermijngevolgen van een antikankerbehandeling. In het novembernummer van het tijdschrift Cell publiceren onderzoekers van het Memorial Sloan Kettering Cancer Center uit New York hun bevindingen.
Astronauten ervaren tijdens een ruimtereis vergelijkbare fysieke stress als kankerpatiënten die bijvoorbeeld chemotherapie ondergaan. Maar de autronauten krijgen van NASA voor, tijdens en na de ruimtereis een intensief trainingsschema om die effecten tegen te gaan. Een soortgelijk beweegprogramma zou kankerpatiënten ook wel eens van pas kunnen komen, denken de onderzoekers, die geleid worden door dr. Jennie Scott.
Zowel astronauten als kankerpatiënten vertonen atrofiëringsverschijnselen, zoals een afname in spiermassa, botontkalking en afwijkende hartfunctie. Daarnaast is van astronauten bekend dat ze last kunnen krijgen van ‘space fog’ (ruimtemist) waarbij ze vergeetachtig worden en concentratieproblemen krijgen. Mensen die tegen kanker behandeld worden ervaren iets soortgelijks dat wel ‘chemo brain’ genoemd wordt.
Ondanks die vergelijkbare symptomen krijgen astronauten hele andere adviezen dan kankerpatiënten mee. Astronauten worden op een strak trainingsschema gezet waarbij hun hart en ademhaling voortdurend gemeten worden. Maar kankerpatiënten krijgen vooral te horen dat ze rust moeten houden voor en tijdens hun behandeling. Sterker nog: als ze fysieke activiteiten willen oppakken moeten ze dat vaak eerst aan hun behandelend arts vragen.
Volgens het Amerikaanse onderzoeksteam zouden kankerpatiënten op langere termijn baat kunnen hebben bij eenvoudige oefeningen, zoals wandelen op een loopband. En net als bij astronauten zouden bij kankerpatiënten ook de cardiovasculaire basisconditie gemeten kunnen worden voorafgaand aan de behandeling. Ook tijdens en na de behandeling kunnen de oefeningen doorgaan.
De onderzoekers merken op dat er meer aandacht is geweest voor het tegengaan van atrofiëring bij astronauten dan bij kankerpatiënten. Dit terwijl kankerpatiënten soms eerder aan de gevolgen van hun behandeling overlijden (zoals atrofiëring) dan aan de ziekte zelf. Het doen van astronauten-oefeningen zou die patiënten kunnen helpen. Momenteel doet het team van dr. Scott nader onderzoek naar het effect van lichaamsbeweging op de bijwerkingen van antikankerbehandelingen. Patiënten die meedoen aan het onderzoek krijgen een loopband thuis, en worden door middel van beeldbellen begeleid bij hun oefeningen.
Bron
1. Jessica M. Scott, Lianne B. Dolan, Larry Norton, John B. Charles, Lee W. Jones. Multisystem Toxicity in Cancer: Lessons from NASA’s Countermeasures Program. Cell, 2019; 179 (5): 1003 DOI: 10.1016/j.cell.2019.10.024